Hij was niet extreem wit, noch extreem donker, maar een witte kleur met een zachte rozige tint kenmerkte de huidskleur van de meest geliefde: Mohammed, vrede zij met hem![1]
Het was een man van gemiddelde lengte waarbij hij iets meer naar het lang zijn neigde dan naar kort. Het bijzondere was dat wanneer hij naast iemand liep die langer was dan hij, onze geliefde Profeet alsnog langer oogde. Zijn lichaam was perfect in proportie en zijn ledematen waren evenwichtig in balans. Een mooie en aangename verschijning voor het oog om te aanschouwen.
Wanneer je een blik wierp naar zijn gezicht dan was het alsof je de belichte maan op zijn mooist aanschouwde en de schijnende schitterende zon. Hij (vrede zij met hem) had een knap gezicht dat niet rond, noch langwerpig was maar meer ovaalvormig. Zijn wangen waren fijn, zacht en stralend wit alsof deze gevuld waren met licht.
Zijn gezicht belichtte als glinsterende juwelen wanneer hij blij werd van iets. Blijdschap, tevredenheid en boosheid waren meteen af te lezen van zijn edele gezicht. Wanneer hij blij was straalde zijn gezicht, en als hij boos werd kwam een ader duidelijk en zichtbaar tevoorschijn op zijn voorhoofd en werd zijn gezicht knalrood alsof het op springen stond.
Door zijn fluweelzachte haarlokken heen zag je soms de zijkanten van zijn voorhoofd. Dit was ruim breed en duidelijk zichtbaar alsof er stralend licht vanaf kwam.
Wanneer je iets naar beneden keek trof je zijn sterk gekleurde, rondvormige wenkbrauwen die lichtjes doorlopend waren zonder dat dit duidelijk zichtbaar was.
Het leek wel alsof zijn wenkbrauwen getekend waren op zijn gezicht. Het contrast van zijn donkere wenkbrauwen werd afgebroken door zijn grote, wijde spierwitte ogen met gitzwarte irissen. In het witte van zijn ogen waren lichte rode adertjes te zien. Diep donkere ogen die werden gesierd met prachtige lange wimpers. Zijn ogen leken wel opgemaakt met Koehl.
Als je naar zijn neus keek, leek deze een wat hogere neusbrug te hebben terwijl dit niet zo was, zijn neus was kaarsrecht en liep af in een klein dun neuspuntje. Zijn helderwitte tanden straalden en waren recht. Ze werden omringd en afgesloten door zijn mooie brede mond met perfecte lippen die niet dik, noch dun waren met een subtiele mondsluiting. Eén van de mooiste uiterlijke vertoningen om naar te kijken, was het moment waarop hij zijn lippen op elkaar deed. Als hij deze voorzichtig open deed, leek er licht tussen zijn lippen door te komen.
Uit deze prachtige mond kwam gezegend speeksel dat als genezing, medicijn, en kracht diende.
Zijn edele gezicht werd verfraaid door een elegante volle baard die niet te breed of te lang was, maar mooi in proportie. Hij had een sterke haargroei met veel haarwortels dicht naast elkaar. Net onder zijn lip had hij een zwarte mouche (haar onder de onderlip) die doorliep tot aan zijn baard. In zijn hoofd- en gezichtshaar waren in totaal ongeveer 20 grijze haartjes die hij nooit verfde. Hij onderhield zijn haar altijd door dit te parfumeren en te hydrateren. Hij liet zijn gezichtshaar niet uitdrogen en alle kanten opgaan, maar hield deze juist recht en netjes.
Zijn zachte gitzwarte haar was niet vallend sluik maar ook niet kroes. Zijn zwarte lokken zaten hiertussen in qua structuur en waren meer golvend. Het leek constant alsof het net was gekamd.
Op sommige momenten liet hij zijn haar staan tot zijn oorlel, en soms kwam het ergens tussen zijn lange, sierlijke nek en schouders. Op andere momenten liet hij het zelfs staan tot zijn schouders.
Hij schoor zijn haar nooit af, behalve bij bijzondere gebeurtenissen zoals bij de Hadj en ʿOemrah.
Hij had een flinke bos haar die hij altijd insmeerde en verzorgde. Op een gegeven moment begon hij zijn haar ook regelmatig in een scheiding te dragen, en zo nu en dan vlocht hij zijn haar.
Wanneer je ogen langs zijn lichaam rolden, aanschouwde je een stevige krachtige man met brede schouders, bovenrug en borst. Zijn schouders en botten waren groot en breed geschapen. Zijn lichaam was perfect gevormd door een stevige platte buik. Hij was niet dun maar zeker ook niet dik. Veel haar bedekte de bovenkant van zijn brede borstkast en (boven)armen dat verder liep tot aan zijn schouderblad, terwijl de rest van zijn borstkast en buik licht behaard waren met een zichtbare haarlijn die doorliep tot aan zijn navel als een dunne draad.
Aan de zijkanten van zijn stevige torso rustten zijn lange, sterke armen en brede volle handen met lange vingers die zijdezacht aanvoelden. Zijn oksels waren wittig van kleur en niet verkleurd.
De geur die zijn handen afgaven was lekkerder en sterker dan die van parfum. Zijn handgeur bleef als sterke parfum hangen aan de handen van de mensen die hem de hand schudden.
En wanneer je ogen de grond bereikten, zag je witte stevige onderbenen die perfect in balans waren met de rest van zijn lichaam. Hij had een stevige voetstand waarbij de binnenkant van zijn voetzolen de grond niet raakte (geen platvoeten). De onderkant van zijn voeten was vrij van barsten en kloven, en zijn hiel was smal aan de achterkant.
Hij stond erom bekend dat hij altijd schoon, netjes en hygiënisch was.
Er is werkelijk waar geen geur op deze wereld die beter en lekkerder ruikt dan zijn geur. Zelfs wanneer hij, vrede zij met hem, zweette was het alsof er muskus uit hem kwam. Op een dag sliep de Profeet (vrede zij met hem) in het huis van Anas ibnoe Maalik waarna Oem Soelaym (de moeder van Anas) kwam en zijn zweet opving. Vervolgens goot zij deze in een flesje om dit later met haar eigen parfum te vermengen.
De schoonheid van onze geliefde Mohammed, vrede zij met hem, heeft Allah vervolmaakt door hem charisma en respect te schenken. Wanneer de metgezellen in zijn gezelschap waren bewogen zij nauwelijks en keken ze hem nooit lang aan uit respect en ter ere van zijn mooie gezicht.
Hij, vrede zij met hem, was kalm en hield lange stiltes. Hij sprak niet wanneer het onnodig was en ook niet over zaken die hem niets aangingen. Je hoorde hem alleen wanneer hij middels zijn spreken het goede/beloning hoopte te verkrijgen bij Allah.
Hij was welbespraakt en zuiver in zijn taalgebruik, en zijn woordkeuze was logisch en systematisch. Nooit sprak hij te snel of te langzaam waardoor de luisteraar zijn concentratie kon verliezen of de betekenis verloren ging. Zijn uitspraak en articulatie waren helder en duidelijk en hij had geen enkele vorm van spraakgebrek. Hij was kort en bondig in zijn formulering zonder dat de boodschap verloren ging. Het was gewoonlijk dat hij zijn woorden regelmatig driemaal herhaalde, opdat het bleef hangen bij de mensen. Hij schold niet, vloekte niet en was nooit grof in zijn bewoording. Hij was de meest wijze en slimme onder de mensen.
Onder de mensen was hij degene die het vaakst een glimlach op zijn gezicht had, dat was meestal zijn manier van lachen. Hard lachen met zijn mond open deed hij zelden.
Hij was één van de meest verdraagzame en geduldige mensen, die zijn afspraken en verbintenissen altijd nakwam en de (bloed)banden trouw onderhield. Rechtvaardigheid en betrouwbaarheid waren eigenschappen waar hij bekend om stond.
Als hij liep keek hij niet (nieuwsgierig) naar zaken of constant om zich heen, en wanneer hij wel naar iets (om)keek, dan draaide hij met zijn hele lichaam om. Zijn loopje was stevig waarbij hij zijn voeten volledig optilde tijdens het stappen en deze niet laks over de grond heen sleep. Het was altijd duidelijk wanneer hij was langsgelopen vanwege de heerlijke geur die hij achterliet. Hij was nederig, en wanneer hij aankwam bij een zitting sloot hij achteraan en ging dáár zitten waar ruimte was. Ook eten deed hij zittend op de grond.
Hij was zeer schaamtevol en had het wereldse volledig losgelaten. Hij vreesde zijn Heer en was onder de mensen het meest in aanbidding richting zijn Heer.
Wanneer hij iemand de hand schudde, was hij altijd degene die pas als laatste zijn hand wegtrok. Hij mengde zich met de armen en leefde enorm met ze mee. Hij was de meest gulle en vrijgevige onder de mensen. Hij gaf zonder te vrezen voor armoede. Hij was dapper, sterk en de mensen zochten bescherming bij hem.
Wie hem zag en niet kende, keek meteen naar hem op en had hem hoog zitten, vrede zij met hem. En wie met hem omging hield van hem. Hij was makkelijk in omgang en meegaand met de mensen. Vergevingsgezindheid, weinig afkeer tegen de mensen en weinig onenigheid waren eigenschappen die hij bezat. Zijn zachte omgang in combinatie met sympathie en barmhartigheid karakteriseerden onze geliefde Profeet, vrede zij met hem!
Onder de mensen was hij de beste voor zijn gezin. Hij vergold geen kwaad met kwaad, maar hij vergaf en sloeg geen acht op de mensen.
De metgezel ʿAli ibnoe abie Taalib heeft gezegd:
“Nog nooit heb ik iemand voor hem, of na hem gezien zoals hij!”
Niemand van de mensheid is te vergelijken met hem, niet qua schoonheid en ook niet qua karakter. Nooit zal een vrouw een kind dragen of baren die perfecter is dan hij.
Vrede zij met de meest geliefde!
[1] Middels het bovenstaande artikel is getracht een heldere en leesbare beschrijving te maken van de geliefde Profeet Mohammed (vrede zij met hem), opdat wij hem beter leren kennen en meer van hem gaan houden. Al het bovenstaande is met zorgvuldigheid vertaald en onttrokken uit betrouwbare bronnen.
Onze voorgaande Islamitische geleerden hebben veel aandacht geschonken aan het secuur omschrijven van de eigenschappen van onze Profeet Mohammed. Moge Allah hen hiervoor belonen.
Zij hebben hier verschillende hoofdstukken over geschreven zoals ook terug te vinden is in de 6 bekende Hadieth collecties.
Een aantal geleerden heeft zelfs speciale boekwerken geschreven die volledig zijn toegewijd aan de omschrijving van de Profeet Mohammed. Eén van de voornaamste en bekendste werken binnen dit genre is onder andere het boek: ”ash-Shamaa’il ul-Moehammadiyyah” van Imam at-Tirmidhie en het boek “ash-Shifaa” van al-Qaadi ʿIyaad as-Sabti.
Ook heeft een aantal van hen de eigenschappen van de Profeet omschreven in dicht- en poëziewerken zoals Sheikh ʿAbdoellaah as-Saalim ash-Shinqietie en het werk van Imaam al-ʿIraaqie genaamd: al-Fiyat ul-Hadieth.
Wie graag meer wil weten over de eigenschappen van de Profeet en de contexten en verhalen waarin deze zijn omschreven in de bronnen, kan zich o.a. verdiepen in bovengenoemde boekwerken.
Sheikh Ilyas el Yousfi