We kijken allemaal uit naar de vakantie! Na een periode van hard werken en vermoeidheid, willen we volledige ontspanning door op vakantie te gaan en te genieten.
Er is uiteraard niets op tegen om regelmatig de rust op te zoeken en te genieten van al het toegestane om eens goed bij te komen en volledig opgeladen terug te komen. Zo heeft Allah ons bijvoorbeeld aanbevolen om te reizen zodat we kunnen genieten en stilstaan bij de schepping van Allah en de precisie van alles wat Hij heeft geschapen zoals de prachtige landschappen en de schoonheid van de zee.
Door te reizen kan men ook stilstaan bij de historische overblijfselen van de volkeren vóór ons en hier leringen uit trekken. Allah zegt in de Koran (interpretatie van de betekenis):
“Zeg: “Trek rond op aarde en zie hoe (Allah) de schepping begint.”
(Soerat al-ʿAnkaboet: 20)
De moslim kan door het reizen dichter tot zijn Schepper komen door met de juiste intentie op reis te gaan. De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:
“Voorwaar, de daden worden beoordeeld op basis van de intentie en ieder mens zal alleen dat krijgen wat met zijn intentie samenhangt. Dus als iemand emigreert omwille van Allah en Zijn Boodschapper, dan is dat een (ware) emigratie omwille van Allah en Zijn Boodschapper. En als iemand emigreert omwille van een wereldse zaak of om een vrouw te huwen, dan is zijn emigratie omwille van datgene waarvoor hij is geëmigreerd.”
(al-Boekhaarie en Moeslim)
Een goede intentie kan verschillende vormen aannemen. Zo kan iemand de intentie hebben om tijdens zijn reis ook familie en naasten te gaan bezoeken, of om kinderen en minderbedeelden te verblijden. Echter kan een goede intentie ook zijn dat men door de reis goed wil uitrusten om fris terug te keren en vervolgens vol energie en toewijding aan het werk te gaan. Een aantal vrome voorgangers zei: “Ik laat mijn hart rusten door toegestaan vermaak, zodat dit (d.w.z. mijn hart) sterker wordt in de waarheid.”
Het hebben van schulden en op vakantie gaan?
Een moslim dient eerst zijn schulden af te lossen en de bezittingen van anderen terug te geven, alvorens hij op vakantie en/of op reis gaat. Maar als men niet in staat is om zijn schulden vooraf af te lossen, dan dient hij toestemming te vragen aan de schuldeiser om op vakantie/op reis te gaan. Als de schuldeiser hem geen toestemming geeft, is het voor de schuldenaar niet toegestaan om te reizen. Dit is naar het voorbeeld van de Profeet (vrede zij met hem) die, toen hij emigreerde naar Medina, ʿAli ibnoe abie Taalib achterliet in Mekka met de opdracht om alle bezittingen die hij in bewaring had terug te geven aan de rechtmatige eigenaren. Maar wanneer een persoon overtuigd is dat zijn reis niet van invloed is op het terugbetalen van zijn schulden, dan treft hem geen blaam om op reis te gaan.
Medereizigers
De moslim dient een gelovige en godsvruchtige reisgenoot te kiezen, zodat deze hem aanmoedigt om het goede te verrichten en hem weerhoudt van het slechte. De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:
“Een man is naar het geloof van zijn vriend, dus laat hem goed afwegen met wie hij bevriend raakt.”
(Aboe Daawoed)
Een man kwam terug van zijn reis waarna de Profeet (vrede zij met hem) hem vroeg:
“Wie was je (reis)genoot?” Waarop de man antwoordde: “Niemand.” De Profeet zei vervolgens: “Een (enkele) ruiter is (vergezeld door) een Shaytaan, twee ruiters zijn (vergezeld door) twee Shaytaans, en drie ruiters vormen een groep.”
(al-Bayhaqie)
Hieruit kunnen we halen dat het de voorkeur geniet om in een groep te reizen en niet alleen te gaan. Het is immers voor de Satan makkelijker om een individu dat alleen is te beïnvloeden met zijn influisteringen. Een oude Arabische gezegde luidt immers: Kies je reispartner uit alvorens je de weg kiest.
De Profeet (vrede zij met hem) attendeerde ons ook op het alleen reizen in de avond/nacht, zeggende:
“Als de mensen eens wisten over het alleen reizen wat ik weet, dan zou een ruiter ’s nachts niet alleen blijven rijden.”
(al-Boekhaarie)
Maar als men ’s avonds alleen reist op een drukke weg die veilig is, dan is er niets op tegen om ’s avonds te reizen.
Het is ook van de Soennah om een reisleider aan te stellen. De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:
“Wanneer een groep van drie (personen) op reis gaat, laat ze dan één van hen aanwijzen als leider.”
(Aboe Daawoed)
Deze reisleider dient de leiding te nemen in de zaken rondom de reis, zoals de momenten van rust, slapen, vertrek, etc.
Wanneer is het aanbevolen om te reizen?
- Het is aanbevolen om vroeg in de ochtend op reis gaan: De Profeet (vrede zij met hem) heeft in zijn smeekbede om zegeningen gevraagd voor degenen die in de vroege ochtend handelen. Hij (vrede zij met hem) heeft gezegd:
“O Allah, zegen het begin van de dag voor mijn gemeenschap.”
(Aboe Daawoed en at-Tirmidhie)
- Hij (vrede zij met hem) wees ons ook op het reizen in de nacht middels de volgende woorden:
“Reis tijdens de nacht, want de aarde is gevouwen tijdens de nacht.”
(Aboe Daawoed)
Dat wil zeggen dat de aarde dan makkelijker te bereizen is vanwege het feit dat men in de nacht fris is en de temperaturen koeler zijn, waardoor men grote afstanden kan afleggen zonder de last ervan te ervaren.
-
Het geniet de voorkeur om zo mogelijk op de donderdag te reizen. Het is uiteraard op alle dagen en tijdstippen toegestaan om te reizen, met uitzonderingen van de momenten die afgeraden zijn binnen de Islam zoals wanneer het tijdstip van Salaat ul-Djoemoeʿah is aangebroken. Maar de donderdag kent weliswaar een voorkeurspositie in de Soennah vanwege het feit dat de Profeet (vrede zij met hem) voornamelijk op de donderdag vertrok en begon aan zijn reis. In een overlevering staat vermeld dat: “De boodschapper van Allah (vrede zij met hem) bijna nooit van huis ging (voor een reis) behalve op een donderdag.”
(al-Boekhaarie)
Achterblijvende familie en vrienden
- Het behoort tot het gedrag van de moslim om afscheid te nemen van zijn familie als hij op reis gaat en hen aan te sporen tot het goede. Ibnoe ʿOmar was gewoon om tegen reizigers te zeggen dat hij afscheid van hen zou nemen, zoals de Profeet (vrede zij met hem) dit deed. En dat was door het volgende te zeggen:
“Astawdiʿoellaaha Dienaka wa Amaanataka wa Khawaatiema ʿAmalik.” (Ik vertrouw jouw religie, veiligheid en je laatste daden toe aan Allah).
(at-Tirmidhie)
Imam Ibnoe ʿAbdil-Barr heeft gezegd:
“Wanneer iemand van jullie op reis gaat laat hem dan afscheid nemen van zijn broeders, want Allah heeft zegeningen geplaats in hun smeekbede.”
(Bahdjat ul-Madjaalis)
- Het behoort tot het karakter van de moslim om zijn reizende broeder of zuster het beste te wensen en smeekbede voor hem te verrichten. Een man kwam naar de Profeet (vrede zij met hem) waarop hij zei:
“O Boodschapper van Allah, ik ben voornemens om te gaan reizen dus voorzie mij van proviand.” Waarop de Profeet zei: “Moge Allah jou godsvrees schenken als proviand.” Hij (de man) zei: “Geef me meer.” En de Profeet (vrede zij met hem) zei: “En moge hij jouw zonden vergeven.” Hij zei: “Geef me nog meer, -moge mijn vader en moeder voor u worden opgeofferd (een Arabische uitdrukking)-.” De Profeet zei: “En moge Hij het goede voor jou vergemakkelijken waar je ook maar bent.”
(at-Tirmidhie)
Hier tegenover staat dat het aangeraden is voor de achterblijvers om de reiziger te vragen voor smeekbeden, want reizen is één van de situaties waarin smeekbeden worden verhoord, zoals is overgeleverd door de Profeet.
- Het behoort tevens tot de etiquette van de reiziger om zijn terugkomst naar zijn familie te bespoedigen, indien hij hen voor het reizen heeft achtergelaten. De Profeet (vrede zij met hem) heeft gezegd:
“Reizen is een deel van de bestraffing; het houdt iemand weg van zijn voedsel, drinken en slaap. Dus wanneer iemand van jullie het doel van zijn reis heeft volbracht, laat hem dan vlug terugkeren naar zijn gezin.”
(al-Boekhaarie)
Indien men alleen reist en zijn gezin achterlaat is hij verplicht om geld of proviand achter te laten waarvan ze kunnen leven tot hij terugkomt.
- Ook behoort het tot de manieren van de moslimreiziger om zijn familie in te lichten over zijn komst, zodat zij zich hierop kunnen voorbereiden. Er is overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) het verbood dat een man ’s nachts (onverwachts) terugkeert naar zijn gezin, twijfelend aan hun trouwheid en opzoek gaat naar hun tekortkomingen.
(al-Boekhaarie en Moeslim)
Aanbidding tijdens het reizen
De moslim dient het verrichten van de smeekbeden te vermeerderen tijdens zijn reis voor zichzelf en voor zijn broeders en zusters, aangezien de smeekbeden van een reiziger worden verhoord. Hij dient ook het gedenken van Allah te vermeerderen.
- Zo is het van de Soennah om bij een afdaling op de weg “Soebhaanalaah” te zeggen en bij een helling “Allaahoe akbar”. Djaabir heeft gezegd:
“Wij waren gewoon wanneer wij afdaalden om de Takbier te zeggen, en wanneer wij bergafwaarts gingen, verrichtten wij de Tasbieh.”
(al-Boekhaarie)
- De Profeet (vrede zij met hem) was gewoon om zijn gemeenschap aan te sporen om bij aankomst van een tussenstop het volgende te zeggen:
“Aʿoedhoe bi-kalimaati l-laahi t-taammati min sharri maa khalaq” (Ik zoek mijn toevlucht bij de Volmaakte woorden van Allah tegen het slechte wat Hij heeft geschapen).” Want wanneer hij dit zegt zal niets hem schaden totdat hij zal vertrekken van zijn rustplaats.”
(Moeslim)
- Het is voor de reiziger toegestaan om te eten gedurende de maand Ramadan en zijn vasten op een ander moment in te halen. Allah zegt hierover in de Koran (interpretatie van de betekenis):
“Maar wie van jullie ziek is of op reis, (diegene dient) dan hetzelfde aantal op andere dagen (in te halen).”
(Soerat al-Baqarah: 184)
Het gebed tijdens het reizen
- Het is voor de reiziger (man) ook toegestaan om het vrijdaggebed te missen en te vervangen met het reguliere Dhoehr-gebed. Op de reiziger rust namelijk niet de plicht van het vrijdagsgebed, als zijn intentie is om niet (langdurig) te verblijven op de plek waar hij zich bevindt gedurende zijn reis.
- Het is aanbevolen om tijdens het reizen de gebeden in te korten wanneer de afstand van de reis meer dan 80 km is. De reiziger begint pas met het inkorten van het gebed wanneer hij zijn verblijfplaats heeft verlaten, en hij stopt direct met het inkorten van het gebed bij aankomst van zijn bestemming, als hij er 4 dagen of langer verblijft (de dagen van aankomst en vertrek niet meegerekend!). Maar wanneer de reiziger niet precies weet hoe lang zijn verblijf zal zijn, is het voor hem toegestaan om het gebed te blijven inkorten gedurende zijn gehele reis, totdat hij klaar is met het doel waarvoor hij is gaan reizen.
De grens van 4 dagen is volgens de wetscholen van Imam Maalik, Ahmad ibnoe Hanbal en Imaam ash-Shaafiʿie. Er is overgeleverd dat Imam Maalik ibnoe Anas van ʿAtaa’ heeft overgeleverd dat hij Saʿied ibn ul-Moesayyib heeft horen zeggen:
“De reiziger wiens verblijf 4 nachten is, dient zijn gebed (normaal) te verrichten.” Maalik heeft hierover gezegd: “En dat geniet mijn voorkeur.”
(al-Moewatta’)
Imam ʿAbdoellaah ibnoe Wahb, de leerling van Imam Maalik, heeft gezegd:
“Dat is het meest correcte wat ik heb gehoord (hierover). En wat de geleerden bij ons nog steeds van mening zijn, is dat de reiziger wiens verblijf 4 nachten duurt, zijn gebed normaal dient te verrichten.
(al-Istidkaar)
Imam ibnoe abie Zayd al-Qayrawaanie heeft gezegd:
“En indien zijn intentie (van de reiziger) is om (minimaal) 4 nachten te verblijven, of een periode waarin hij 20 gebeden dient te verrichten, dan dient hij zijn gebeden normaal te verrichten.”
(ar-Risaalah)
Imam as-Shaafi’ie heeft hierover gezegd:
“Indien de reiziger van plan is om 4 dagen en nachten te verblijven op een bestemming, dan dient hij zijn gebeden normaal te verrichten. Hierbij worden de dagen van zijn aankomst en vertrek niet meegerekend.”
- Het samenvoegen daarentegen is geen Soennah maar een permissie die Allah aan de dienaar verleent, als hij hiertoe behoefte voelt. Dit kan zich zowel tijdens het reizen als in de eigen woonplaats voordoen.
– Imam ibnoe Battaal al-Maalikie heeft gezegd:
“De geleerden zijn tot de consensus gekomen dat een reiziger het verplichte gebed niet op/in een voertuig/rijdier mag verrichten, tenzij dit noodzakelijk is. Dit in tegenstelling tot de vrijwillige gebeden waarover de geleerden het over eens zijn dat het toegestaan is om deze te verrichten op/in een rijdend voertuig/dier ongeacht de richting dat het opgaat. Er is overgeleverd dat Ibnoe ʿOmar heeft gezegd: “De Profeet was gewoon om tijdens het reizen bovenop zijn rijdier de vrijwillige gebeden te verrichten, ongeacht welke richting dit opging. Behalve zijn verplichte gebeden. Hij bad ook het Witr-gebed bovenop zijn rijdier.”
(al-Boekhaarie)
Djaabir heeft overgeleverd dat de Profeet (vrede zij met hem) gewoon was om zijn vrijwillige gebeden rijdend te verrichten, zonder dat hij (vrede zij met hem) zich richtte tot de Qiblah.
(al-Boekhaarie & Moeslim)
Dit geldt overigens alleen tijdens het reizen.
Tot slot
De reis dient te zijn naar hetgeen Allah behaagt en waar Hij tevreden over is. De Profeet (vrede zij met hem) heeft immers gezegd:
“Er is niemand die weggaat (d.w.z. zijn huis verlaat) zonder dat hij twee vlaggen in zijn handen heeft. Eén vlag is in de hand van een engel en de andere in de hand van de duivel. Als hij naar buiten gaat naar hetgeen waar Allah van houdt, dan zal de engel hem volgen met zijn vlag. En hij zal onder de vlag van de engel blijven tot hij weer terugkeert naar huis. Maar als hij naar buiten gaat naar wat Allah boos maakt, dan zal de duivel hem volgen met zijn vlag en zal hij onder de vlag van de duivel blijven tot hij terugkeert naar zijn huis.”
(Ahmad)
Wee dus dat jij de intentie hebt om te gaan reizen en zaken te gaan doen die verboden zijn en Allah boos maken! En o wee dat jij mensen onrecht zult aandoen tijdens je reis en hen tot last zal zijn.
De moslim dient in zijn omgang zacht te zijn tijdens het reizen en goede manieren te hebben. Men moet ruzies vermijden en over zijn tong waken door niet te vloeken of te schelden tijdens het reizen, we dienen hier vooral aandacht voor te hebben op momenten van vermoeidheid en irritaties. Uiteraard spreekt het voor zich dat de moslim ook tijdens zijn reis niet moet liegen, roddelen en zich mengen in zaken die hem niets aangaan.
We moeten onszelf herinneren aan het feit dat het idee achter vakantie vieren ontspanning en genot is. Laat jouw vakantie en reis dus geen reden zijn tot ruzies en houd rekening met jouw gezin tijdens het reizen en laat hen ook genieten. Wees niet egoïstisch door enkel en alleen aan jezelf te denken tijdens de vakantie.
Zorg dat jouw vakantie absoluut geen moment is van hoogmoed waarin je wilt showen wat je hebt aan de armen en minderbedeelden. Wees nederig en zacht richting de mensen.
Laat je vakantie niet alleen draaien om lol en ontspanning maar draag ook een steentje bij door je in te zetten voor de armen en behoeftigen door bijvoorbeeld hun schulden (deels) af te lossen of hen te voorzien van kleding en/of voedsel.
Moge Allah alle reizigers een goede heen- en terugreis schenken en een goed en gezegend verblijf tijdens hun vakanties. En moge Hij waken over hun bezittingen in hun afwezigheid.
Sheikh Ilyas el Yousfi